Home > Bankzaken, Rentederivaten > Derivaten treffen ook het kleinere bedrijfsleven

Derivaten treffen ook het kleinere bedrijfsleven

Banken hebben ook aan ondernemers grootschalig rentederivaten verkocht, met schadelijke financiële gevolgen. Daarbij hebben banken zich niet aan de regels gehouden, zeggen advocaten en ook rechters. Een nieuwe financiële affaire dreigt.

Door: Eric Smit en Jan-Hein Strop

Folkert Weistra kende zijn ABN Amro-bankier in Leeuwarden al jaren. Als mede-eigenaar van accountantskantoor Weistra &Van der Meer deed hij al meer dan vijftien jaar zaken met de bank waar een “afspraak een afspraak was”. Als hij de directeur van de bank toevallig in het centrum van de stad tegenkwam, groetten ze elkaar en als het even kon, maakten ze een praatje. “Vertrouwen”, daarop was zijn relatie met ABN Amro gestoeld. Weistra’s kijk op het bankiersvak zou echter ingrijpend veranderen toen hij te maken kreeg met een voor hem exotisch bancair product: de renteswap.

Weistra & Van der Meer draaide goed en toen de huur van het kantoor in 2005 afliep, was voor Weistra het moment aangebroken in een eigen pand te investeren. Hij liet zijn oog laten vallen op een stuk grond in het plaatselijke businesspark en was met zijn gewaardeerde bankdirecteur aan tafel gaan zitten voor een lening van een kleine negen ton. Omdat Weistra een ondernemer is die niet graag voor verrassingen wordt gesteld, moest de lening daarom tegen een vaste rente zijn en voor een langere periode. Die kon ABN Amro wel leveren. Weistra: “Een schriftelijke bevestiging was niet eens nodig.”

De bank kwam met een hypotheekaanbieding voor een periode van vijftien jaar. Er was alleen één detail waar Weistra nog akkoord mee diende te gaan: hij moest ook een renteswap afnemen. Ook al had Weistra een solide financiële achtergrond, kennis van zulke financiële derivaten had hij niet. Weistra kreeg te maken met “een specialist van treasury” uit Zwolle, die hem uitlegde dat hij met een swap de variabele rente op zijn lening “ruilt” tegen een vaste rente met de bank (zie kader voor nadere uitleg). Het idee dat een swap ook risico’s met zich meebracht, werd hem niet duidelijk – wat de Friese accountant vooral aansprak, waren de vaste rentelasten. “Dat was het enige dat me interesseerde, wij speculeren niet.” Weistra tekende voor akkoord, waarna de bouw van het nieuwe pand kon beginnen.

Alles verliep jarenlang naar wens, totdat in 2010 Deutsche Bank – die Weistra als klant van ABN Amro had overgenomen – plotseling de opslag op de lening verhoogde van 0,8 naar 2,25 procent. Zijn rentelasten stegen daarmee met 10 duizend euro per jaar. De Fries kon zijn ogen niet geloven. Hoe bestond het dat een bank waarmee hij duidelijke afspraken had gemaakt over een vaste rente, zomaar die rente verhoogde.

De accountant kreeg te horen dat de dekking voor de lening onvoldoende was. Hij protesteerde fel. Niet alleen zouden die swap hem juist beschermen tegen renteverhogingen, de afzonderlijke holdings van drie directeuren van het kantoor stonden ook nog eens met z’n allen garant. Weistra: “Het was het best gedekte pand op het Westelijk halfrond en omstreken.” Hij ontbood de bankiers op zijn kantoor, maar ze hielden voet bij stuk: de eenzijdig opgelegde verhoging kon niet ongedaan worden gemaakt. Toen brak er iets bij de Fries. Woedend zette hij ‘de koekenbakkers’ van Deutsche Bank buiten de deur en beëindigde onmiddellijk de lening en bijbehorende renteswap.

Daarmee escaleerde het probleem. Want Deutsche Bank pikte de opzegging niet en claimde vervolgens ruim 126.000 euro van het kantoor. Weistra snapte niet wat hem overkwam. Wat bleek het geval? De swap die hem had moeten beschermen tegen rentestijgingen, bleek een prijzige component te bevatten, zodra de marktrente zou dalen. En dat was sinds 2009 gebeurd. De variabele rente was onder het niveau van de vaste rente (“swaprente”) gezakt, waardoor de swap een “negatieve waarde” voor Weistra kreeg. Gevolg was dat de bank graag nog even het verschil tussen de variabele en de vaste rente wilde ontvangen, berekend over de resterende looptijd van de renteswap. Weistra was daarvan niet de hoogte en belandde met Deutsche Bank voor de rechter.

De zaak van accountant Weistra staat niet op zichzelf. Niet alleen woningbouwcorporaties als Vestia, (semi-) overheden en grote ondernemingen hebben zich verslikt in rentederivaten – vele duizenden kleine en middelgrote ondernemingen (zie kader voor cijfers) zitten opgescheept met deze risicovolle producten. Wat voor ondernemers leek op een bescherming tegen hogere lasten, is vaak een blok aan het been met schadelijke financiële gevolgen. Want van de onderliggende lening kun je op dit moment wel afkomen, van de renteswap niet – tenzij je een (grote) afkoopsom betaalt.

Een renteswap bleek vooral geen garantie tegen een hogere rente. Alle grote banken hebben na 2008 eenzijdig de opslag op debetrentes sterk verhoogd. Oud-bankier Frank Wijn, die ondernemers financieel adviseert, verbaast zich hogelijk over deze praktijk. “Banken geven nauwelijks onderbouwing voor deze verhoging van de liquiditeits- of markttoeslag. Je krijgt een standaardbrief en dat is het.”

Ondernemers klagen dat banken hun nauwelijks hebben voorgelicht over de risico’s van de swaps. “Over de gevolgen van een negatieve waarde is mij niets verteld”, zegt ondernemer Koen die uit angst voor represailles van zijn bank anoniem wil blijven. “Het is op een vrijdagmiddag na een telefoontje in orde gemaakt, een week later kreeg ik de documentatie. Toen bleek dat ik er al aan vast zat. Als de risico’s me eerder waren uitgelegd, had ik nooit een swap genomen.” Banken ontkennen dat er slecht is voorgelicht. “Het is beleid van ING dat klanten – alvorens een derivatentransactie wordt aangegaan – worden geïnformeerd over de werking van de renteswap”, laat ING weten. ABN Amro, eensluidend: “De risico’s worden wel duidelijk uitgelegd.”

De problemen die rentederivaten opleveren, zijn ernstig, vindt Robin Litjens, assistent-professor Financial Accounting aan Nyenrode Business Universiteit. “Kopers van een bedrijf willen die swaps vaak niet overnemen, omdat ze zelf goedkoper kunnen financieren. Mkb-bedrijven kampen daardoor met opvolgingsproblemen. Onderschat niet hoeveel economische schade dit veroorzaakt.” Ter illustratie: een steekproef van Litjens onder ziekenhuizen september vorig jaar liet zien dat swaps van die instellingen een negatieve waarde hadden van 500 miljoen euro. “Nu de rente verder is gedaald is dat inmiddels het dubbele”, stelt hij. “De ellende voor het bedrijfsleven is een veelvoud daarvan.”

De manier hoe banken de renteswaps aan de man brachten en de opslag opdreven, is dan ook aanleiding tot een groeiend aantal juridische procedures, zo blijkt uit een rondgang langs advocaten. “Het probleem is wijdverbreid”, zegt de Amsterdamse advocaat Hendrik-Jan Bos, die naar eigen zeggen zo’n veertig ondernemers bijstaat. Ook Rik Harmsen heeft een groeiende aantal cliënten met swaps. “Vanaf midden vorig decennium zien je weinig financieringsvoorstellen voor het MKB zonder rentederivaten.” Advocaat Chantal van den Borne zegt zich zelfs te beraden op een collectieve procedure tegen de banken.

De gang naar de rechter is verre van kansloos, oordeelt hoogleraar financieel recht Danny Busch (Nijmegen), die zich specialiseert op dit terrein. “Het is redelijk dat je de swap ook zou moeten kunnen opzeggen als je de lening aflost. Nu loopt je als ondernemer in de fuik van de swap. De bank denkt: de klant zal de renteopslagverhoging wel slikken.” Hoewel het juridisch geen uitgemaakte zaak is, denkt Busch dat banken zich niet achter hun standaardclausules kunnen verschuilen. De rechtbank Dordrecht vindt dat ook en oordeelde vorig jaar al dat Rabobank bij de verkoop van swaps fatsoenlijk advies had moeten geven. Banken kunnen zich dus niet zo maar verstoppen achter de kleine lettertjes.

Prachtige handel

Midden jaren negentig van de vorige eeuw was ABN Amro de eerste Nederlandse bank die de innovatieve renteswaps ook aan het mkb ging verkopen. Tien jaar later kwam de verkoop in een stroomversnelling. Derivatenspecialist Jeroen Willems van ICC Consultants begrijpt wel waarom. “We zien regelmatig absurd hoge marges op rentederivaten. Probleem is dat de ondernemer niet weet wat de inkoopprijs van een swap voor de bank is, de marge zit versleuteld in het product. Zelfs voor semiprofessionele partijen is het lastig te doorgronden. Gevolg is dat naarmate de professionaliteit van de ondernemer afneemt, de marge voor de bank toeneemt.”

Een oud Rabobank-bankier die niet met naam genoemd wil worden, heeft de verkooppraktijk van dichtbij meegemaakt. Hij vertelt dat er bij Rabobank vanaf 2005 fors is geïnvesteerd in de zogeheten onderdeel Financiële Logistiek, waarlangs de meer geavanceerde producten met hoge provisies hun weg naar zakelijke klanten vonden. “Op de verkoop van swaps werd en wordt zwaar ingezet en dat is niet voor niets. De provisies, die bij het sluiten van een deal up front worden uitgekeerd zijn enorm, het is prachtige handel voor de bank.”

De oud-bankier zegt dat ook de kleine kantoren goed verdienen door swaps aan kleinere bedrijven te verkopen. “Vanaf een krediet van 1 miljoen euro werd het interessant. De provisies kwamen ook lokaal terecht en dat werd gevierd. De verkoper werd op een stoel gezet en er was gebak als er een mooie swap was verkocht. Mensen die de swaps goed verkochten ontvingen daar natuurlijk ook weer bonussen voor. Hier wrong de bank zich in bochten, want binnen de cao waren de bonussen gemaximeerd. Maar daarmee werd gewoon de hand gelicht.” Rabobank ontkent dat er apart bonussen zijn gegeven voor de verkoop van renteswaps.

In Groot-Britannië hebben dezelfde, door provisie gedreven verkooppraktijken plaats gevonden, maar is de affaire vorig jaar al opgelaaid. Actiegroep Bully-Banks met duizenden aangeslotenen heeft becijferd dat het de ondernemers gemiddeld bijna een half miljoen euro kost om van een swap af te komen. Financieel toezichthouder FSA heeft hard ingegrepen, en de banken gedwongen om volledige openheid van zaken te geven. In afwachting van de resultaten hebben de grootste Britse banken gedwongen meer dan twee miljard pond opzij te zetten om gedupeerden te compenseren. De FSA schat dat er sinds 2001 zo’n 40.000 rentederivaten in het mkb zijn weggezet.

September vorig jaar werd bekend dat de Autoriteit Financiële Markten (AFM) onderzoek doet naar de Nederlandse situatie, maar doet er nog geen uitspraken over. Zo gauw dat onderzoek naar buiten komt is meer juridisch vuurwerk te verwachten. Hoogleraar Danny Busch denkt dat er meer procedures zullen volgen, na de eerste bemoedigende resultaten. Ook ziet hij kansen voor een massaclaim tegen de banken, omdat de contracten zo op elkaar lijken.

Dat die claims een goede kans maken, blijkt uit de zaak die Deutsche Bank tegen Weistra aanspande. De bank kan grotendeels naar het geclaimde bedrag fluiten, zo heeft de rechtbank te Leeuwarden in maart besloten. Deutsche heeft haar zogeheten zorgplicht geschonden door het eenzijdig verhogen van de opslag. Bovendien bepaalde de rechter dat het onredelijk is dat Weistra wel de lening vervroegd mag aflossen zonder boete, maar dat hij niet afkan van de aan de lening gekoppelde renteswap, zonder ruim een ton af te tikken. Hoogleraar Busch ziet in de uitspraak een overwinning voor de klant. “Dit gaat voor banken juridisch niet de goede kant op.”

Zo lijkt de Nederlandse financiële wereld in navolging van de Britse zich op te maken voor een nieuwe affaire in de financiële sector.       

Reacties van de banken

De commentaren van ABN Amro, ING, Deutsche Bank en Rabobank zijn eensluidend. De banken stellen dat de renteswap een “normaal product” is met “normale marges”. Klanten zijn volgens de banken goed voorgelicht, ze benadrukken het “belang van de klant”. Op ING na erkennen ze het bestaan van ontevreden klanten en van juridische procedures (ING geeft daarop geen commentaar), maar niet meer dan bij andere financiële producten het geval is. Ze ontkennen dat renteswaps op grootschalige wijze aan de man zijn gebracht en dat er specifieke bonussen voor werden uitgekeerd.

Wat is een renteswap?

Een renteswap is een rentederivaat waarbij de klant zijn variabele rente op zijn lening “ruilt” tegen een vaste rente met de bank. De bank “betaalt” de variabele rente aan de klant, die op zijn beurt de vaste rente aan de bank betaalt. Zo beschermt de onderneming zich tegen een stijging van de variabele rente. Want als die stijgt tot boven het niveau van de afgesproken vaste rente (“swaprente”) komt dat voor rekening en risico van de bank. De swap is voor de klant dus alleen gunstig zolang de variabele rente hoger ligt dan de vaste swaprente. Als de variabele rente lager is dan de swaprente, betaalt de leningnemer immers meer dan hij zou hebben betaald zonder swap. Door de financiële crisis is de variabele rente gedaald tot ver onder het niveau van de vaste swaprente van swaps die voor de crisis zijn verkocht. Die hebben een “negatieve waarde” voor de klant. Bij vervroegde aflossing van de lening komt de klant niet zonder (hoge) afkoopkosten af van het product. De bank rekent namelijk het verschil tussen de variabele en vaste rente voor de resterende duur van de renteswap door aan de klant.

Hoeveel swaps zijn er verkocht?

Hoeveel mkb-bedrijven een renteswap hebben, is moeilijk exact vast te stellen. Dat komt omdat renteswaps zogeheten over-the-counter derivaten zijn, wat wil zeggen dat de transactie direct tot stand komt tussen twee partijen, zonder tussenkomst van een beurs of toezichthouder. Er is dan ook geen centraal register waarin de transacties worden bijgehouden. De enigen die het echt weten zijn de grote banken zelf, maar die willen daar geen inzicht in geven. De financiële toezichthouders AFM en DNB zeggen beiden ook niet te weten hoeveel ondernemers een swap hebben. Zelfs een grove schatting willen de toezichthouders niet maken.

Dat de swaps een flinke opmars hebben gemaakt, is zeker. Banken zijn al zo’n tien jaar geleden begonnen de renteswaps agressief aan de man te brengen. Swap-kenner Jeroen Willems van ICC Consultants schat dat van alle financieringen van 1 miljoen euro of meer, drie kwart vergezeld gaat van een rentederivaat. In Groot-Brittannië hebben de complexe producten al tot een omvangrijke publieke affaire geleid. De toezichthouder FSA schat dat er zo’n 40.000 zijn verkocht op 4,8 miljoen ondernemingen. Als we dat getal loslaten op het Nederlands bedrijfsleven (1,2 miljoen ondernemingen) hebben ongeveer 10.000 ondernemers een renteswap.

Bron: Volkskrant, 13 juli 2013

  1. 13 juli 2013 om 10:07 am

    Wat jammer is dat de wijze van verkopen in dit artikel niet genoeg benadrukt is.

    Renteswaps zijn verkocht als een 100% verzekering tegen rentestijgingen, hetgeen pertinent onjuist is. Door de risco-opslagen en liquiditeitstoeslagen kan de klantrente gewoon blijven stijgen!

    Accountmanagers van banken zijn in 2007 en 2008 ‘opgeleid’ met de tekst dat renteswaps een volwaardig alternatief is voor vaste rente, hetgeen pertinent onjuist is (zie vorig punt).

    Zeer vaak zijn renteswaps pro-actief aangeboden-geadviseerd-verkocht door banken zonder juiste toelichtingen en zonder alternatieven. Leve de zorgplicht.

    Sinds 2009 zijn banken (administratief) bezig om de fouten van 2007 en 2008 te herstellen en laten klanten daarvoor sinds 2009 hernieuwde stukken ondertekenen.

    Dat is het eigenlijke probleem…… NIET de negatieve marktwaarde anno 2013.
    Bovendien is de boetrenteberekening bij vervroegd aflossen van een vast rentetype goedkoper dan het tussentijds afwikkelen van een renteswap. Ook dat zijn banken ‘vergeten’ uit te leggen…..

  2. Erik
    16 juli 2013 om 10:39 pm

    en als de rente gestegen was, wie was er dan fout geweest?

  1. No trackbacks yet.

Geef een reactie op Frank Wijn Reactie annuleren